Bron: http://www.bndestem.nl/regio/oosterhout/5159177/De-vele-gezichten-van-het-Drimmelense-buitengebied.ece

 

De vele gezichten van het Drimmelense buitengebied

 

Kerngebieden

 

Eén van de belangrijkste randvoorwaarden om het bestemmingsplan buitengebied te maken, is het vaststellen van de kerngrenzen.

 

 

 

Fietspad langs de Kerkdijk (richting Hooge Zwaluwe) – Helkant

(Foto: Kees Wittenbols – 13 november 2008)

 

 

Uitgangspunt daarbij is dat de totale landschapsontwikkeling geen nadeel mag ondervinden van eventueel toekomstige ontwikkelingen. Met die achtergrond moet bepaald worden welke gebieden binnen de dorpsranden vallen en waar het buitengebied begint. Het vaststellen van die grenzen is onder meer van belang voor toekomstige bouwactiviteiten. Binnen de kernrand is het voor de gemeente straks makkelijker om gronden aan te wijzen voor woningbouw. In het buitengebied wordt het bouwen juist aan banden gelegd. Onder meer in Made zijn er verschillende locaties aan de buitenrand van het dorp waarover deze discussie gevoerd moet worden. Bijvoorbeeld aan de noordzijde van de Haagstraat, tussen de Geraniumstraat, Schetsenakkerstraat en Prinsenpolderstraat. Daar is nu nog een open ruimte, maar in de toekomst zou dat gebied ontwikkeld kunnen worden voor woningbouw. Hetzelfde geldt voor de nu nog open ruimte tussen de Zandstraat, Kalverstraat, Plukmadestraat en Voorstraat in Made.

 

Deze voorbeeldgebieden zijn door de provincie al aangewezen als stedelijke gebieden. Ze zouden tot de kern berekend mogen worden, omdat de bebouwingconcentraties in de straten rondom deze open ruimten al dicht zijn. De woningen staan er kort op elkaar. Voor open ruimten aan de rand van kernen waarbij de woningen rondom verder uit elkaar staan - zoals aan de westzijde van de Geraniumstraat of de noordzijde van de Plukmadestraat - is het lastiger om woningbouw van de grond te krijgen, dus deze zouden wel tot het buitengebied gerekend kunnen worden. De gemeenteraad van Drimmelen heeft een belangrijke stem in het aanwijzen van de kerngrenzen.

 

Glastuinbouw

 

Het glastuinbouwgebied bij Made heeft volgens de Zuidelijke Land- en Tuinbouw Organisatie (ZLTO) zijn maximale capaciteit bereikt. “Plukmade” is inmiddels 25 jaar oud en om de bestaande bedrijven ook voor de toekomst voldoende ontwikkelingsruimte te bieden is uitbreiding noodzakelijk. Binnen Brabant zijn nog maar weinig plekken waar kassen gebouwd mogen worden. Ook op het gebied dat de ZLTO in de gemeente Drimmelen voor ogen heeft, tussen de Kanaalweg West en de nieuwe jachthaven bij Drimmelen, rust nu nog een andere bestemming, namelijk die van recreatie. De gemeenteraad staat dus voor de keuze of ze deze bestemming in het nieuwe bestemmingsplan buitengebied wil aanpassen naar agrarisch.

 

In een aparte visie over de kassen doet de ZLTO het voorstel om in dit te ontwikkelen gebied glastuinbouw te combineren met extensieve recreatie. Daarnaast willen de ondernemers ook revitalisering van het bestaande kassengebied meenemen in de plannen. Het idee is om water en natuur in te passen, zodat de agrarische en recreatieve functies elkaar kunnen versterken. Denk aan het creëren van een waterloop voor waterberging en de aanleg van wandel- en fietspaden langs of door het kassengebied. Verder wil de ZLTO in het kader van zuinig energiegebruik en duurzaam ondernemen onder meer een koppeling maken met de Amercentrale in Geertruidenberg door de restwarmte van de centrale te gebruiken voor de nieuw te bouwen kassen.

 

Landschap/natuur

 

In het kader van landschapsontwikkeling, het inrichten van een ecologische hoofdstructuur en de aanleg van ecologische verbindingszones, lopen in het buitengebied van de gemeente Drimmelen verschillende projecten. Onder meer waterschap Brabantse Delta en Staatsbosbeheer zijn daarbij betrokken. Zij werken voor deze projecten samen met de agrariërs die aan het ontwikkelingsgebied grenzen, zodat deze ondernemers niet belemmerd worden.

 

 

 

 

Het fietspad tussen Hooge en Lage Zwaluwe

(Foto: Kees Wittenbols – 10 november 2008)

 

 

Het Gat van den Ham, in de polder tussen Hooge en Lage Zwaluwe is een goed voorbeeld van landschapsontwikkeling. Door middel van een kavelruilproject worden gronden verworven om de ontwikkeling van het landschap te bevorderen. Deze zomer gaat het waterschap bovendien het project Zwaluws Getij uitvoeren, waarbij de werking van het getij in de polder wordt hersteld. Hiervoor wordt achter het Gat van den Ham een kreekgeul gegraven, waardoor er een directe verbinding komt tussen het water in de binnenhaven van Hooge Zwaluwe en kreken in de polder. Volgens Wim de Vries van het waterschap is dit goed voor de natuurontwikkeling. De naastgelegen polder kan door de getijwerking onderwater lopen, maar dat zal niet vaak gebeuren, is de verwachting.

 

Bouwen in polder

 

Een van de lastigste discussies rondom het nieuwe bestemmingsplan buitengebied gaat over bouwen in de polder. Wat sta je als gemeente wel toe en wat mag niet? In de Zonzeelse Polder bij Hooge Zwaluwe is de afgelopen jaren bijvoorbeeld veel gedoe geweest rond de koeienstallen van boer Rasenberg die zijn gebouwd langs de Zonzeelseweg. De veehouder uit Helkant had geen uitbreidingsmogelijkheden meer op zijn huidige locatie aan de Zandstraat en kreeg toestemming in de polder een nieuw bedrijf te bouwen.

 

 

 

 

Zicht in de Zonzeelseweg – Helkant

(Foto: Kees Wittenbols – 13 november 2008)

 

 

De Stichting Behoud Zonzeelse Polder heeft zich altijd verzet tegen de horizonvervuiling in het poldergebied, maar de gemeente Drimmelen vindt dat - mits onder strikte voorwaarden - bedrijven die op hun huidige locatie klem zitten, ontwikkelingsruimte geboden moet worden in de polder. Een van de voorwaarden hierbij is dat de openheid van het gebied door de nieuwbouw zo min mogelijk verstoord mag worden. De gemeente vindt de stallen van Rasenberg hiervan een goed voorbeeld, omdat deze zijn opgetrokken uit hout, een natuurlijk materiaal dat opgaat in zijn omgeving. De gemeenteraad heeft zich al eens uitgesproken tegen de ontwikkeling van megastallen op Drimmelens grondgebied. Aan de andere kant is voor de agrarische ondernemers een gezonde bedrijfsvoering van belang en daar kan uitbreiding onderdeel van uitmaken. Daarom is de afweging van wat wel en wat niet mag in de polder erg belangrijk. Als de uitgangspunten eenmaal zijn vastgesteld in een nieuw bestemmingsplan, is er weinig bewegingsruimte meer.

 

Recreatie

 

Het buitengebied van de gemeente Drimmelen is veelzijdig en biedt de inwoners en toeristen meer dan alleen agrarische en landschappelijke mogelijkheden. Recreatie is de laatste jaren steeds meer in opkomst op het platteland en de gemeente stimuleert dat ook. Zo heeft de familie Keller in Lage Zwaluwe al jaren een landschapscamping naast het boerenbedrijf en liggen bij de familie Damen aan de Munnikenhof in Terheijden de forellenvisvijvers Port de Pêche. Ook op het gebied van recreatieve ontwikkelingen in het buitengebied moet steeds opnieuw de afweging gemaakt worden: wat sta je wel toe en wat niet? De ZLTO vindt dat recreatieve initiatieven geen beperkingen mogen opleveren voor de ontwikkeling van bestaande agrarische ondernemers. De organisatie pleit er daarom voor de recreatieve ontwikkelingen zoveel mogelijk langs de kernranden te concentreren.

 

 

 

 

Boerderij van de familie DamenMunnikenhof 9 – Terheijden

(Foto: Kees Wittenbols – 13 november 2009)

 

 

Boerenbedrijven beginnen vaak een recreatieve nevenactiviteit naast de agrarische hoofdactiviteit als extra inkomstenbron. Soms groeit het recreatieve onderdeel zo hard, dat de hoofdactiviteit uiteindelijk wordt afgestoten. De vraag is of dat overal in het buitengebied wenselijk is. Het Rewin, de stimuleringsmaatschappij voor regionale economische ontwikkeling, ziet wel voordelen. Intensieve veeteelt maakt bijvoorbeeld plaats voor milieuvriendelijkere doeleinden. Zo biedt een varkensboer aan de Munnikenhof in Terheijden tegenwoordig groepsovernachtingen in combinatie met workshops aan. Een dergelijke omschakeling moet volgens het Rewin alleen worden toegestaan als er een goed economisch verhaal achter steekt. Bijvoorbeeld omdat een investering in de oorspronkelijke hoofdactiviteit niet haalbaar blijkt en een investering in de nevenactiviteit een bedrijf juist vooruit kan helpen.

 

Blauwe Sluis

 

Het buurtschap Blauwe Sluis vormt een bijzondere plek in het buitengebied van Drimmelen. Met name het open karakter, waarbij de polder door de openingen tussen de bebouwing zichtbaar is, is kenmerkend. Dat moet dan ook behouden blijven, is het advies van projectbureau Pouderoyen, dat zich bezig houdt met het nieuwe bestemmingsplan buitengebied. Dit bureau is bij de bestudering van Blauwe Sluis uitgegaan van het landschap er omheen.

 

 

 

 

De Zwaluwse Pootweg – Blauwe Sluis

(Foto: Kees Wittenbols – maart 2007)

 

 

Behoud van het open karakter betekent echter wel dat er nauwelijks ruimte is voor nieuwbouw. Dat zal voornamelijk moeten plaatsvinden op locaties waar oude panden gesloopt worden. Om de lintbouw te versterken, zou een achtergevelrooilijn ingesteld moeten worden, zodat de woningen niet te diep in het landschap geplaatst worden. Ook de karakteristieke groene open plekken in Blauwe Sluis zouden behouden moeten blijven. Met deze invulling krijgt Blauwe Sluis op termijn steeds meer een woonfunctie. Nu nog kent het buurtschap vooral een mix van agrarische bedrijven en wonen.

 

 

-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-

 

 

Buitengebied onder de loep voor nieuw plan

 

Door: Susanne den Boer.

 

 

DRIMMELEN - In het buitengebied van de gemeente Drimmelen gelden nu nog verschillende bestemmingsplannen. Die stammen nog uit de periode van voor de gemeentelijke herindeling. Raad en college willen dat er een uniform bestemmingsplan komt voor het gehele Drimmelense buitengebied. Daar is het laatste jaar achter de schermen hard aan gewerkt.

 

Het buitengebied is groot en kent veel facetten. Om de gemeenteraad een goed beeld te geven van de vele keuzes waar ze straks voor komt te staan, heeft de gemeente vrijdagochtend een busexcursie voor burger- en raadsleden gehouden door het buitengebied. Betrokken partijen als het Rewin, Waterschap Brabantse Delta en de ZLTO deelden hun visie op de invulling van het buitengebied. Doel is om het nieuwe bestemmingsplan voor de opiniërende raadsvergadering van 16 juli op de agenda te plaatsen. Voor die tijd kan de politiek zich vast beraden over de toekomst van de polders.

 

 

-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-o-

 

 

Zie ook:

 

Blauwe Sluis in beeld

Drimmelen in beeld

Helkant in beeld

Hooge Zwaluwe in beeld

Lage Zwaluwe in beeld

Terheijden in beeld

Wagenberg in beeld

 

www.upvideo.nl

 

 

Dit artikel kunt u ook lezen op de website van: www.webscene.nl (blogs)

 

24 juni 2009

 

Home