Woest, ja woest word ik als ik de kranten lees.
Maar vluchten kan niet meer!
Kind, maak je niet zo druk, je kunt er toch niks aan veranderen. Dat waren
de woorden die mijn moeder nogal eens pleegde te bezigen, als ik weer eens mijn
bloeddruk voelde stijgen na het lezen van een of ander krantenartikel. Er is
zelfs een, overigens zeer korte, periode geweest dat ik dacht dat het goede
mens misschien wel gelijk had. Maar al gauw ging ik me realiseren dat als
iedereen maar zijn of haar mond dicht houdt, dat dan de beleidsmakers én de
groot-industriëlen het helemaal voor het zeggen krijgen in ons land. Dan zijn
wij, de burgerij, helemaal verworden tot een slaafse massa. Mede daarom zal ik
tot mijn laatste snik of zolang het ook maar in mijn vermogen ligt, blijven
ageren tegen een overheid én tegen beleidsmakers die zich sieren met de
‘aureool’ van ‘democraten’ maar in wezen dictators zijn met aristocratische
trekjes.
Neem bijvoorbeeld het bericht, wat we deze week konden lezen, over het
verbod van alcohol bij de Deense scheepvaartmaatschappij Maersk. De club
(rederij) die P&O/Nedlloyd in 2005 heeft overgenomen. De opvarenden van
deze superschepen zijn soms drie tot vier maanden aaneen van huis. Dit zijn
geen opvarenden meer die te vergelijken zijn met het soort van zeelieden, die
al of niet voorzien zijn van een ooglapje of houten poot en elke haven onveilig
maakten. Neen, we hebben het over goed opgeleide en verantwoordelijke mensen,
die voor miljoenen en miljoenen aan vracht vervoeren, maar die door
verzekeraars nu wettelijk worden gedwongen, ook in hun vrije tijd (aan boord)
naar hun ‘pijpen te dansen’ en derhalve maar een colaatje of een glaasje prik
moeten consumeren, in plaats van een lekker koel glas bier of iets dergelijks.
De bank- en verzekeringswereld, met behulp van de staat, gaat steeds meer ons
leven bepalen en gaan ons steeds meer en meer regels opleggen, waaraan we
zullen moeten voldoen om überhaupt nog te kunnen existeren.
Tegelijkertijd wordt het hier te lande voor de ‘gewone’ man steeds
moeilijker om een plaatsje te vinden. Dat bedoel ik dan letterlijk en in haast
allerlei opzichten. Een plaatsje om te wonen, een plaatsje om te werken, een
plaatsje in de rij om van de sociale voorzieningen te kunnen ‘genieten’ zoals
dat eufemistisch wordt genoemd.
Want onze ‘positie’ wordt met de dag moeilijker. We hebben te concurreren
met ongeveer elk jaar 100.000 nieuwe ‘mede-landers.’ Mensen die allemaal een
uitkering, een huis (woonruimte) en een
werkkring opeisen. Zoals u ongetwijfeld weet, zijn er te weinig huizen, is de
‘kas’ van de voorzieningen niet al te uitpuilend en ligt het meeste werk nou
ook niet bepaald voor iedereen voor het oprapen.
De problemen die dit oplevert - Geert Wilders noemde het al een Tsunami -
worden namelijk afgewenteld op de laagst betaalde werkende Nederlanders. Dat
zijn mensen in de zorg, in het onderwijs, bij de politie en bij de lagere
ambtenaren. Denk aan de vele loketten! Maar ook en juist ook bij hen die vaak al
hun hele of halve leven goed en braaf premies en belastingen afgedragen hebben
aan de staat. Zij worden nu geconfronteerd met zaken, die doordat er steeds
meer mensen van dezelfde ‘koek’ komen eten, genoegen moeten nemen met een
steeds kleiner stukje van die koek.
Door de enorme aantallen immigranten (100.000 plus per jaar) wordt onze
samenleving zondermeer ontwricht en dat staat los van al of niet een afkeer
hebben van mensen met een andere huidskleur of iets dergelijks. Nu stromen weer
duizenden en duizenden Polen en andere mensen van Oost-Europese origine ons
land binnen en de politieke partijen maar zeggen dat een juist integratiebeleid
dé oplossing is voor deze problematiek. Het kabinet maakt vooralsnog geen
plannen om een einde te maken een deze steeds verder oprukkende tweedeling in
de maatschappij. Neen, die zijn druk doende om wetten te maken om onze
individuele vrijheid, die we zo zwaar hebben bevochten, na een periode van
fascisme én een periode van correct politiek denken, verder te beknotten.
Bij het opvoeden van uw kinderen kijkt straks de staat al mee over uw
schouder. Het is zelfs al zover, als u iets doet wat maar enigszins mogelijk
verdacht zou kunnen zijn, dan kan uw boze buurman dit ongebreideld en anoniem
rapporteren aan de overheid. Zelf, spreek ik al van het ‘regiem.’ Het gebruik
van genotsmiddelen, van welke aard dan ook, kan al door middel van
computertechnologie zogoed bekend zijn bij uw verzekeraar, dat het u kan gaan
opbreken. Met alle nare gevolgen voor u als gebruiker, c.q. consument of
patiënt. Dan is het: “Tja, het is jammer mijnheer, mevrouw, maar volgens uw
airmiles-kaart en u bankkaart en uw klantenkaart (want al die gegevens kunnen
toch ook verkocht worden nietwaar?) blijkt toch wel dat u teveel drinkt, rookt,
snoept, te vet eet enzovoorts.” Ergo, men zal gaan stellen dat u uw klachten
aan uzelf heeft te danken. Gevolg: u komt onderaan op de wachtlijst. Dat deze
economische maatregel een regelrecht doodvonnis kan inhouden is evident, zij
het op termijn. Want wij zijn een beschaafd en democratisch landje nietwaar? We
willen geen bloed zien vloeien net zoals bij barbaarse regiems elders in de
wereld! Ik vraag mij af, of die regiems allemaal wel zó barbaars zijn, zoals
onze overheid en verzekeraars, banken en grootindustriëlen ons voorhouden of
willen doen laten geloven?
Eén ding weet ik zeker, de rekeningen van deze grote miskleun, gaan niet de
politici in hun grote villa’s betalen, noch het grote kapitaal, neen, die
vullen hun zakken liever met miljoenen, als premie, boven op hun reeds extreme
lonen, voor al of niet begane blunders. Maar de gewone burger, óók de burger
die tweemaal modaal verdient, krijgt het zoniet nú, dan toch héél spoedig, óók
op zijn of haar bordje gelegd. Dan zijn de ‘rapen pas echt gaar.’
Geschreven mede in memoriam, denkend aan een man die juist dit soort zaken
aan de kaak wilde stellen, Pim Fortuyn, die op 6 mei 2002, lafhartig werd
vermoord in Hilversum. Ook op 6 mei, maar dan 2007, zal in Rotterdam het zeer
lezenswaardige boek worden gepresenteerd van de schrijfster Ine Veen. Met name
over de achtergronden van deze moord. De inhoud zal menigeen schokken! De titel
van dit aanbevelenswaardige boek is al zeer veelzeggend:
“MOORD,
namens de Kroon?”
Silvia Videler.
5 mei 2007